Om de kaart te vergroten a.u.b. op het vakje in de linkerbovenhoek klikken! De grotere kaart opent op een nieuwe pagina.

20 december 2023

Nieuwe avonturen in een steeds bijzondere en mooie omgeving!

De overtocht met de veerboot vanuit Wellington op het Noordereiland naar Picton op het Zuidereiland was op zich voorspoedig verlopen: om 16.30 uur waren we afgemeerd. Toen kon ik aan de autorit naar Kaikōura beginnen. Het primaire doel van mijn verblijf daar was het deelnemen aan de bootexcursie in de Baai van Kaikōura om walvissen en andere zeezoogdieren te kunnen zien op 19 december, gisteren dus – net als de vorige keer dat ik hier was: van 11 tot 13 december 2019!

In 2019 was het stralend weer geweest, maar gisteren hing er een dichte nevel over de zee. Dat bracht een bijzondere sfeer mee: de golfslag van het zachtblauwe water brak met wit schuim op het donkere zand met keitjes. De horizon was nogal wazig… Dat zou het grootste gedeelte van de boottocht zo blijven, maar dat had geen invloed op wat we allemaal te zien kregen – het werd een geweldige belevenis!

20231219_101044 (2)
Kaikōura (NZ): zicht vanaf het strand bij het treinstation van Kaikōura op de nevelige Stille Oceaan
Een vertrouwd adres bij Kaikoura: B&B Awatea

Maar eerst even terug naar mijn onderkomen voor de afgelopen twee dagen. Uiteindelijk kwam ik maandagavond pas tegen 19.00 uur aan in het buurtschapje Hapuka ten noorden van Kaikōura en meldde mij bij de B&B met de mooie naam “Awatea” (“Dageraad van een nieuwe dag” in het Māori). Ik kende deze B&B, want de vorige keer, vanaf 11 december 2019, was ik daar ook geweest. Dat was mij toen erg goed bevallen. Bij aankomst was Kevin, de vader van de eigenaar, blij om me te zien, want hij was al lichtelijk ongerust geworden: ik was totaal vergeten (door mijn wat onrustige aanloop naar de oversteek met de ferry van Wellington naar Picton!) om te melden dat ik onderweg was…

Ik kreeg weer een prachtige kamer met uitzicht op de tuin. De bergen waren maandagavond, maar ook gisterochtend, niet goed te zien vanwege de laaghangende bewolking. Toch was er genoeg kleur en reuring! De rozen stonden prachtig in bloei, net als de lavendel. Ik was de enige gast in de B&B, maar buiten waren er wel “nosy neighbours“: een grote kip kwam nieuwsgierig voor mijn slaapkamerdeur kijken – later zag ik nog meer kippen in gezelschap van een grote haan op het gazon lopen. De eieren bij het ontbijt smaakten goed!

Bij het kantoor van Whale Watch Kaikoura

Na het uitgebreide ontbijt ging ik op pad naar het centrum van Kaikōura om mij te melden voor de bootexcursie bij het kantoor van de Whale Watch Kaikōura, dat in het stationsgebouw van de trein gevestigd is. Ik was nu erg vroeg, dus had ik de tijd om wat rond te lopen. De vorige keer had ik al een monument zien staan vlakbij de ingang van het gebouw: twee nogal verwrongen stukken spoorrails met ingegraveerde plaatsnamen. Het is het monument ter herinnering aan de schade die aan de spoorlijn Picton–Christchurch is veroorzaakt door de verwoestende aardbeving van november 2016. Op een plaquette staat dat de opdracht voor dit kunstwerk is gegeven door Kiwi Rail, de Nieuw-Zeelandse spoorwegmaatschappij, als blijvende herinnering aan de veerkracht van de bevolking van Kaikōura en andere plaatsen langs de kust. Ben Foster, een kunstenaar uit Kaikōura, heeft het gemaakt. In een video legt hij uit hoe dit kunstwerk is ontstaan. De twee verwrongen spoorstaven staan enerzijds symbool voor de oerkrachten die bij de aardbeving zijn vrijgekomen (de ene spoorstaaf is bijna spiraalvormig die zich om een andere, wat rechtere staaf windt), maar anderzijds ook voor de mensen die de spoorlijn herstellen en die eigenlijk niet zichtbaar zijn voor hen die zoveel mogelijk proberen de normaliteit in hun leven terug te brengen. Het kunstwerk werd op 15 september 2017 onthuld om het herstel van de spoorlijn te markeren. Op de wat minder verwrongen spoorstaaf staan de namen van de plaatsen langs de kust die getroffen zijn, waaronder dus Kaikōura.

Opnieuw kon ik genieten van wat er rond het gebouw bloeide of bijna bloeide. Een grote pol bloeiende Mountain daisies (Pachystegia insignis) met de stralend witte bloemblaadjes rond een goudgeel hart gaf wat licht aan de mistige omgeving. Bij de New Zealand Christmastree (of Pōhutukawa in het Māori – Metrosideros excelsa) stonden de bloemen op openbarsten: de rode stampers van de bloemen waren al een beetje zichtbaar tussen het viltig aandoende wit van de kelkblaadjes! Nog even en dan is het genieten van het bijna uitzinnige rood met goudgele puntjes.

Ik liep ook het strand op. Daar was op vele plekken zeewier aangespoeld. Ik herkende sommige soorten niet, maar andere weer wel, omdat ik die ook tijdens mijn vorige reis had gezien – niet alleen hier, maar ook aan de westkust (Hokitika en Milford Sound). Er lag iets dat op een stuk wit varen leek. Het was niet een plant, maar een dier: Zwart koraal (Antipatharia), een koraal uit de diepere (sub)tropische zeeën dat een zwart “karkas” heeft – het wit wordt gevormd door poliepjes! Ik zag ook de “Neptune’s Necklace” (Hormosira banksii), die in het Nederlands ook wel “zeedruiven” worden genoemd. Het is een inheemse zeewiersoort en het lijkt inderdaad op een aaneengeregen kralensnoer!

20231219_103508 (2)
Kaikōura (NZ): op het strand ligt o.a. aangespoeld Zwart koraal ( Antipatharia) dat wit oogt door poliepjes (links) en Neptune’s Necklace (Hormosira banksii) (rechts)

Er was ook wel iets levends op het strand: er liep een klein vogeltje rond, de Banded Dotterel (Charadrius bicinctus), die in het Māori Pohowera wordt genoemd. Hij behoort tot de familie van de plevieren en de kieviten. Op een informatiebord stond dat dit strand van augustus tot januari hun broedgebied is. Het zijn grondbroeders en hun nesten zijn vaak niet goed te zien. Vandaar de oproep om honden aan een korte lijn te houden en met quads alleen op de daarvoor bestemde routes te rijden zodat deze vogeltjes succesvol kunnen broeden. Ik hoorde zijn luide kreetje “chee-aree-aree” eerder dan dat ik het beestje zag: het mannetje is territoriaal en is in het broedseizoen uitgedost met een opvallende kastanjekleurige band over de borst. Jammer genoeg kreeg ik dat niet op de foto. Om het beestje z’n rust te gunnen, ben ik verder gelopen…

Ik had nog tijd over, dus ging ik weer in de richting van het gebouw, vanwaar we zouden vertrekken naar de haven. Ik zag buiten op het parkeerterrein nog iets grappigs: een verkeersdrempel in de vorm van een walvisstaart!

20231219_141534 (2)
Kaikōura (NZ): bij het parkeerterrein van het kantoor van Whale Watch Kaikōura ligt een verkeersdrempel in de vorm van een walvisstaart!

In het gebouw, waar zich steeds meer mensen hadden verzameld, was veel informatie te vinden over van alles dat te maken heeft met het leven in de zee. Op de muur hing een land- en zeekaart met daarop aangeduid waar de Kaikoura Marine Management Areas liggen. Hieraan liggen wettelijke regelingen uit 2014 ten grondslag die de biodiversiteit in dit bijzondere gebied moeten waarborgen. Het ontstaan van de zee-excursies als nieuwe vorm van walvisvaart werd op een ander paneel uitgelegd. Toen in de 1980-er jaren de economie van Kaikōura sterk achteruitliep en het aantal werklozen onder de Māori-bevolking erg steeg, kwamen leden van de lokale Māori-stam Ngā Kuri (onderdeel van de grote stam Ngā Tahu) op het idee om de langjarige aanwezigheid van potvissen (sperm whales) in te zetten om op eco-vriendelijke manier toeristen te trekken. Daartoe werd in 1987 Whale Watch Kaikōura opgericht. Het bleek een schot in de roos… Hiermee haakten de Māori aan bij de legende van Paikea: er wordt verteld dat hij een voorouder was van de Māori die nu op het Zuidereiland wonen en dat hij de enige overlevende is van een boze list van een van zijn halfbroers, Ruatapu. Die had achtergesteld gevoeld bij Paikea, omdat hij door zijn slavin-moeder van lagere komaf was. De kano waarin hij met vele andere (half-)broers zat, was door deze Ruatapu lek geprikt, waardoor de kano zonk en iedereen behalve Paikea verdronk. Paikea overleefde doordat hij een betovering uitsprak over een Tohorā, een potvis uit de wateren rond Kaikōura: de potvis ving hem op en zette hem veilig aan wal!

Behalve potvissen en dolfijnen huist er blijkbaar ook nog een ander “zeemonster” in de grote diepten van de Kaikoura Canyon. Op een ander paneel stond een wat karikaturale afbeelding hiervan: de Giant Squid. Deze Reuzenpijlinktvis (Architeuthis) is ongeveer het grootste ongewervelde dier ter wereld – omdat het niet vaak wordt gevonden of gezien, weet men er niet veel over. Het vrouwtje is veel groter en zwaarder dan het mannetje: 13 meter lengte tegenover 10 meter en 275 kg tegenover 150 kg…! De “mantel” wordt niet veel langer dan 2,5 meter – de twee lange vangtentakels vormen ongeveer twee-derde van de lengte. Met deze vangtentakels wordt de prooi (vissen, andere inktvissen, kreeftachtigen) naar de bek gebracht, die lijkt op de snavel van een papagaai. Er zitten weerhaakjes aan de zuignappen voor extra grip. De ogen, die soms zo groot zijn als een voetbal, zijn de grootse van alle dieren. Bij de afbeelding van de Giant Squid wordt nog vermeld dat als de inktvis en een potvis elkaar tegenkomen, ze elkaar zullen aanvallen. De inktvis is niet sterk genoeg om de potvis te doden, maar kan de potvis wel flink toetakelen: aan de littekens op de kop van zo’n potvis is af te zien dat het een fel gevecht was…!

Naar de haven op het Kaikoura Peninsula schiereiland

Eindelijk was het dan tijd om in de bus te stappen die ons naar de haven zou brengen waar de catamaran Wheketere (vernoemd naar de snelle inktvis die het lievelingskostje is van de potvis!) op ons lag te wachten: aan de westkant van het Kaikōura Peninsula schiereiland. Vlak voordat we uitstapten had ik nog een interessante historische plek gezien: een voormalig whaling station. Voor nadere inspectie was er gisterochtend natuurlijk geen tijd, dus reed ik daar vanochtend naar toe, op weg naar mijn volgende bestemming Christchurch, om het te bekijken. Het was prachtig weer – verder naar het vasteland hing nog veel nevel maar hier, op het schiereiland, niet meer.

De eerste plek waar in 1843 een whaling station was geweest was aan de oostzijde van het Kaikōura Peninsula schiereiland: dat was gesticht door de whaler Robert Fyffe (ik zou die plek, Fyffe House, op dinsdagmiddag nog bezoeken). De geschiedenis van de walvisvaart hier begon met het stichten van de Europese nederzetting Kaikōura in 1842: toen zette de Schot Robert Fyffe een whaling station op. Zijn neef George voegde zich later bij Robert. Vele Māori-mannen uit Kaikōura waren deel van de bemanningen van hun schepen, maar ook whalers uit bijvoorbeeld Australië, Frankrijk, Duitsland en India. Vaak bleven deze buitenlandse walvisvaarders hier en trouwden met Māori-vrouwen van de Ngāi Tahu stam. De geharpoeneerde walvis (veelal een Zuidkaper of Australische walvis, Eubalaena australis) werd op een groot rotsplateau gehesen in de baai bij Fyffe House en daar geslacht om de traan uit het vlees te winnen. Deze zuidkapers waren destijds niet zo talrijk en daarom gingen vele whalers over op het houden van schapen en veeteelt. Toch had Fyffe in twee seizoenen goede inkomsten (1845–1846), waarbij hij olie en beenderen aan een firma in Wellington verkocht die de goederen naar Engeland verscheepte. De markt bleef gunstig totdat de mensen overstapten op gas en elektra, waardoor olie niet meer gebruikt werd. Pas in 1987 keerde men weer terug naar de walvisvaart, maar dan in een modern vorm: de zee-excursies om o.a. potvissen te kijken.

20231220_104637 (2)
Op Kaikōura Peninsula (NZ): aan de westkant van het schiereiland is een historische plek waar tussen 1843 en 1923 een “whaling station” was ingericht

Midden op het grasveld dat aan het strand grenst stonden twee kookpotten (try pots) om “blubber” te winnen uit de repen huid met daaronder de dikke laag isolerend vet. Deze laag vet komt voor bij diersoorten die in een extreem koud klimaat leven, zoals walvissen, zeehonden en walrussen. In het begin bracht met de walvis aan wal om hem daar in stukken te snijden – later had men ook “traanovens” aan boord van schepen. Hierdoor konden schepen langer op zee blijven. Het begeleide informatiepaneel gaat nader in op de gewijzigde houding van de mens ten opzichte van de walvis: once hunted, now revered – van bejaagd tot vereerd. Dat had ik gisteren ook mogen beleven: walvisvaart op een moderne manier – met een fototoestel in plaats van met een harpoen!

20231220_104700 (2)
Op Kaikōura Peninsula (NZ): close-up van de kookpotten die bij het historische “whaling station” horen dat tussen 1843 en 1923 aan de westkant van het schiereiland was ingericht

Aanvankelijk werden de gedode walvissen op de kust getrokken en daar ter plaatste ontleed om de blubber eruit te koken. Op het informatiepaneel staat een zwart-witfoto uit 1910 waarop te zien is dat een groep whalers trots boven op zo’n walvis poseren. Het thema van deze panelen is “Life on the edge” en zo ziet dat ruige leven er ook wel uit… Er werden houten, overnaads gebouwde (de planken overlappen elkaar) open scheepjes gebruikt met ieder zeven bemanningsleden. Ze werden blauw geverfd, zodat de walvissen hen niet zouden opmerken… Het waren multipurpose scheepjes die ook geschikt waren voor het vervoer van schapen, hout, mensen vanaf en naar schepen op zee. Voor het jagen op walvissen werd de boot uitgerust met een harpoen, een lans en een paar kuipen. Een lijn van 100 vadems (182 meter) lang werd zorgvuldig opgerold, zodat deze bij het afrollen niet zou vastlopen en de boot of de bemanning schade zou toebrengen.

20231220_104752 (2)
Op Kaikōura Peninsula (NZ): op een informatiepaneel over de walvisjacht in het begin van de 20e eeuw staat een zwart-witfoto uit 1910 van een walvis op het droge met de whalers staande op zijn rug

Twee whalers worden speciaal belicht: Thomas Jackson (1844–?) en Thomas Norton (1838–1916). De beide Toms waren jong toen ze met de walvisjacht begonnen, zo rond hun 15e jaar. Zij waren de laatsten die met een bemanning in geroeide boten de zee opgingen. Thomas Norton is half Māori – hij ligt op de Māori-begraafplaats ten noorden van Kaikōura.

20231220_104802 (2)
Op Kaikōura Peninsula (NZ): op een informatiepaneel over het whaling station aan de westzijde van het schiereiland staan foto’s van de whalers Thomas Jackson en Thomas Norton (begin 20e eeuw)

De techniek schreed in het begin van de 20e eeuw voort: al rond 1908 werden de walvissen gejaagd met motorboten, die waren uitgerust met harpoengeweren en explosieven… In 1917 werd in de haven bij South Bay een fabriek gebouwd om de walvistraan te verkrijgen en in vaten af te vullen. De fabriek bleef operationeel tot 1922. Nu liggen de fundamenten er nog, met een laag hekje eromheen.

20231220_104818 (2)
Op Kaikōura Peninsula (NZ): op een informatiepaneel over het whaling station aan de westzijde van het schiereiland staat een plattegrond van de in 1917 geopende “blubberfabriek”
20231220_104730 (2)
Op Kaikōura Peninsula (NZ): op de historische plek van het whaling station staat de ruïne van een fabrieksgebouw uit 1917 waar de olie werd gewonnen uit het walvisvlees

Er staat een grote zwerfkei die bij de fundamenten van het oude whaling station met daarop een bronzen plaquette. De tekst luidt:
1879–1909
From here they rowed out
to capture the mighty whale
Erected in honour of
Thomas William (Tané) Norton
and the pioneer whalers
by Norton familiy descendants
1977

Vlakbij stond een grote pol Mountain Flax (Phormium colensoi). De Māori gebruik(t)en de vezels uit de lange taaie bladeren voor hun beroemde weefwerk. Hier staken de lange stengels met de rode bloemen mooi af tegen de blauwe hemel!

In tegenstelling tot gisteren was het zicht over de haven naar het vasteland helder – op een strook nevel aan de voet van de bergketen na. De haven is vernieuwd na de verwoestende aardbeving van 14 november 2016, waarbij de zeebodem bij Kaikōura bijna een meter hoger kwam te liggen… Er is een aardige video over deze plannen voor de nieuwe haven – de Nieuw-Zeelanders zijn een positief ingesteld en optimistisch volkje!

20231220_105355 (2)
Op Kaikōura Peninsula (NZ): zicht vanaf de pier van Whale Watch Kaikoura op de westelijke bergketen met mist aan de kust
Aan boord van de Wheketere voor onze “walvisvaart”!

Even terug naar onze excursie van gisteren. Toen we allemaal aan boord zaten en de catamaran was afgevaren, kregen we eerst een inleidend verhaal, o.a. over de Kaikōura Canyon. Zeker bij Kaikoura daalt de zeebodem vanaf de kust heel snel, de diepte in. Er ligt een onderzeese canyon, te vergelijken met de Great Canyon in de Verenigde Staten. Deze Kaikoura Canyon is wel een kilometer diep. Het voedselrijke water vormt de habitat voor de walvissen en de potvissen. Na de aardbeving van 2016, waarbij de kustlijn meters omhoog is gekomen, was de bevolking bang geweest dat de canyon ook was getroffen. Dit bleek echter niet het geval: de wal- en potvissen zijn gebleven…! Tegen een uur of twaalf werd omgeroepen dat de kapitein met de “hydrofoon” een potvis had gehoord. Niet veel later zagen we onze eerste potvis. Het begon met een grote werveling in het water, gevolgd een stuk van een donkergrijs lichaam en een waterfontein. Niet lang daarna verscheen meer van het kolossale lijf, zoals de aanzet van de staart. Vervolgens rees als apotheose de staart zelf met de twee staartvinnen op uit het water, die enige tijd rechtop in de zee bleef staan en die daarna weer verdween. Dit alles gebeurde in een tijdsbestek van ongeveer tien minuten, maar de “show met de staart” maar zo’n vijf seconden…!. Het was muisstil geweest op het schip – alleen het klikkende geluid van camera’s was te horen geweest. Wat een adembenemend schouwspel…

20231219_120511 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): vanaf de boot is te zien dat in de zee zich een potvis bevindt aan het kolkende wateroppervlak, een stukje van zijn lijf en het beginnende water spuiten
20231219_120630 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): vanaf de boot is te zien dat een stuk van het grote lijf van de potvis boven water ligt en dat de waterfontein een beetje verwaait
20231219_120902 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): vanaf de boot is te zien dat een stuk van het grote lijf van de potvis, nl de aanzet van de staart boven de waterspiegel uitkomt
20231219_120906 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): vanaf de boot is te zien dat de flippers van de staart van de potvis nét uit het water oprijzen
20231219_120907 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): vanaf de boot is te zien dat de gehele staart van de potvis met de flippers uitgespreid uit het water oprijst
20231219_120908 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): vanaf de boot is te zien dat de gehele staart van de potvis met de flippers uitgespreid langzaam weer in het water verdwijnt

De bemanning herkent de meeste potvissen en zij vermoedde dat de potvis die we gezien hadden “Holey Moley” was geweest, want er was een gat in een van de flippers van de staart (vandaar de hole!). Op het grote videoscherm aan boord werd een foto van Holey Moley getoond! Zo mooi en van dichtbij hadden we haar natuurlijk niet kunnen zien…

20231219_123203 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): aan boord van de catamaran Wheketere wordt op een groot scherm een foto getoond van “Holey Moley”, een potvis met een gat in zijn staart

Onze catamaran was niet het enige schip in de buurt: er was ook een kleine boot met sportvissers. De hengels hingen buitenboord, maar er was ook een grote zwerm zeevogels die rond de boot cirkelden en in het water zwommen – in de hoop om een visje te bemachtigen. Ook een Noordelijke Koningsalbatros (Diomedea sandfordi) deed mee aan deze bird attack! Deze soort en de Zuidelijke Koningsalbatros (Diomedea epomophora, die ietsje groter en witter op de vleugels is) zijn inheems in Nieuw-Zeeland. Pas in 1998 heeft men geconstateerd dat de Noordelijke Koningsalbatros een eigen soort is en niet een ondersoort van de Zuidelijke Koningsalbatros. De Noordelijke is iets kleiner, met een lengte van 115 cm en een spanwijdte van 270 tot 305 cm…!

20231219_122213 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): een Noordelijke Koningsalbatros (Diomedea sanfordi) vliegt boven een groep zeevogels rond een sportvissersboot
20231219_122242 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): rond de sportvissersboot verdringt zich een groep zeevogels, waaronder een Noordelijke Koningsalbatros (Diomedea sandfordi), op jacht naar vis
20231219_122443 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): de Noordelijke Koningsalbatros (Diomedea sanfordi) vliegt weg uit de groep zeevogels rond de sportvissersboot

Niet lang daarna zagen we eerst enkele Zuidelijke Koningsalbatrossen (Diomedea epomophora) vliegen en later op het water drijven. We hadden vergelijkingsmateriaal, want op het scherm in ons schip werden niet alleen de potvissen, maar ook de verschillende albatrossen in close-up getoond. De grootte van de vogels werd toen wel duidelijk: zij zijn 122 cm groot! De spanwijdte van 305 cm was, nu ze dreven, niet te zien…

20231219_124633 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): twee Zuidelijke Koningsalbatrossen (Diomedea epomophorba) drijven op het water in de buurt van het schip

Een kwartiertje later riep de kapitein enthousiast om, dat er nog een potvis “uitgeluisterd” was! Iedereen was meteen alert en fotografeerde en filmde er op los. Ook nu weer was het een geweldig spektakel, dat dit keer rond de vier minuten duurde. Wat boften we dat er op onze ontmoeting met “Holey Moley” nog een ontmoeting met een tweede potvis volgde. De staart had duidelijk een andere vorm en de beweging waarmee de staart zich oprichtte en weer onder water verdween was ook anders.

20231219_125736 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): een tweede potvis vertoont zich en begint onder te duiken met een sierlijke zwaai van zijn staart
20231219_125737 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): de potvis duikt onder water waarbij zijn staartvinnen nog net boven de waterspiegel uitkomen
Naar Barneys Rocks in het Hikirangi Marine Reserve

Iedereen was nog helemaal enthousiast over het schouwspel, maar we moesten wel weer naar binnen komen voor de tocht naar een volgend highlight: Barneys Rocks, een rotsformatie die net buiten de kust in het beschermde zeegebied ligt, de Hikirangi Reserve. Tijdens het varen sloeg er veel zeewater tegen de ramen!

20231219_130336 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): tijdens het varen met de catamaran spatte er veel zeewater tegen de ramen van het schip!

We zetten koers naar Barneys Rock, die we ongeveer 10 minuten later in zicht kregen. Deze rotseilandjes liggen vlak bij elkaar in het Hikurangi Marine Reserve, een beschermd natuurgebied dat onderdeel is van het grotere zeereservaat voor de kust van Kaikōura en dat ook valt onder het Kaikōura/Te Tai-o-Marokura marine management. De rotsen waren wit uitgebeten door vogelpoep die daar in eeuwen is gedeponeerd – het rook ernaar, zelfs vanaf deze afstand! Er zaten hoog op de rots grote vogels die ongetwijfeld ook een “bedrage” gingen leveren…

20231219_131436 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): zicht op het grootste eiland van Barneys Rocks, onderdeel van het Hikurangi Marine Reserve natuurgebied

Behalve meeuwen en een overvliegende Albatros lagen er ook een paar zeeberen lekker te loungen op de rotsen aan de voet van het grootste eiland van deze Barneys Rocks. Ze waren best moeilijk te zien, vanwege hun schutkleur! Het gebrek aan vegetatie viel ook op: er waren maar een paar plukjes groen te zien!

20231219_131627 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): close-up van het grootste eiland van Barneys Rocks met een vliegende albatros en lui liggende, goed gecamoufleerde zeeberen

Na het omronden van de eilanden hadden we vanaf een afstandje een mooi zicht op de rots met het naar het westen schuin aflopende bovenkant. De in mist gehulde toppen van de bergen in het achterland hadden iets mystieks…

20231219_131745 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): zicht op het grootste eiland van Barneys Rocks met de in mist gehulde bergen op de achtergrond

Toen we langs een kleiner eilandje voeren zagen niet alleen hoe de golfslag steeds tegen de rotsen beukte, maar ook een zeebeer op een rotspunt zitten: hij had zich hoog opgericht en stak mooi af tegen de grauwe zee. Toen we dichterbij kwamen viel de omvang van het beest wel op! In het Engels luidt de officiële naam van dit zeezoogdier New Zealand Fur Seal (Arctocephalus forsteri), waardoor men zou denken dat het een zeehond is… Het zijn kollossale dieren: mannetjes worden 145 tot 250 centimeter lang en 120 tot 185 kilogram zwaar – vrouwtjes zijn 125 tot 150 centimeter lang en 25 tot 50 kilogram zwaar. De mannetjes vallen op door hun dikke manen rond de hals, schouders en borst. Fascinerende dieren zoals ze onbeholpen rondscharrelen op de kust, maar razend snel zijn in het water!

20231219_132304 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): close-up van een grote zeebeer die op de punt van een kleiner eilandje van Barneys Rocks zit en zich opricht

De volgende dag op weg naar Christchurch kwam ik ook langs Barneys Rocks, voor een nader zicht vanaf de wal. Er hing hier nog wat nevel op zee, waardoor het zicht op het grootste eiland een beetje wazig was! Ook hier groeiden grote pollen met Oost-Indische Kers waarvan de bloemen fel-oranjerood bloeiden.

20231220_111427 (2)
Ten zuidwesten van Kaikōura (NZ): zicht vanaf het strand op de het grootste eiland van Barneys Rocks, in het Hikurangi Reserve met Oost-Indische Kers op de voorgrond

Op de rosten van de kust zag ik witte meeuwen zitten en ook een grote eend, die inheems is, de Paradijscascara (Tadorna variegata). Aan de witte kop te zien was dit een vrouwtje. Verder maakte ik een display van diverse aangespoelde schelpen in vele kleuren en vormen – ik nam niets mee: ik liet hopelijk iets moois achter!

Op de terugweg zagen we dolfijnen!

Even weer terug naar de bootexcursie van gisteren. We kregen nog meer moois te zien: opeens waren overal dolfijnen! Het waren Donkergestreepte (of Bonte) dolfijnen (Sagmatias obscurus of Lagenorhynchus obscurus). In het Engels allitereert de naam veel mooier: Dusky dolphindusky slaat op het Latijnse “obscurus“, donker! Het is een klein tot middelgroot soort dolfijn uit de gematigde en koele kustwateren van het zuidelijk halfrond, zoals hier rond Nieuw-Zeeland. Ze staan bekend om hun speelsheid: en dat zagen we ook! Enkele van die gestroomlijnde dieren zwommen rond de boot en leken zich goed te amuseren.

20231219_133606 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): twee Dusky dolphins (Donkergestreepte dolfijnen – Sagmatias obscurus) zwemmen rond de boot

Die drie maakten deel uit van een grote school van deze dolfijnen: overal zagen we “haaiachtige” rugvinnen boven het wateroppervlak uitsteken.

20231219_133702 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): zicht op een grote school Donkergestreepte dolfijnen (Sagmatias obscurus), duidelijk te zien aan hun haaiachtige rugvinnen

Het was geweldig om te zien hoe er eentje helemaal uit het water sprong en met een grote splash weer terugviel! Wat een traktatie was dit. Het betekende helaas wel dat we het einde van onze excursie naderden…

20231219_133742 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): een van de Donkergestreepte dolfijnen (Sagmatias obscurus) springt uit het water en komt weer terug bij de school dolfijnen!

Toen we weer bijna terug waren in de haven van South Bay begon het weer op te klaren: een nog wat gevoileerd zonnetje scheen op de kustlijn van het schiereiland!

20231219_135311 (2)
In de Baai van Kaikōura (NZ): op de terugweg komt de kust van het schiereiland weer in zicht – beschenen door een wazig zonnetje

Om 14.00 uur legden we weer aan in de haven en gingen van boord. Wat een ge-wel-dige belevenis was dit alles geweest!

20231219_135959 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): zicht op de catamaran Wheketere (met de afbeelding van de naamgevende inktvis op de romp) na het afmeren in de haven van het schiereiland
Wandelen over het Kaikoura Peninsula schiereiland

Nadat de bus ons weer teruggebracht had naar het gebouw bij het station, nam ik de auto om nogmaals naar het schiereiland te gaan. De vorige keer had ik het grootste gedeelte gelopen van de Kaikōura Peninsula Walkway, een prachtige wandeling langs de kust van het schiereiland, maar ook steil omhoog tegen de klippen. Nu parkeerde ik de auto op de Esplanade, een boulevardachtige laan met grote Norfolk pines, inheemse coniferen met een symmetrische groei en daardoor zeer geschikt als aanplant in lanen! Het uitzicht op het schiereiland met de bijna verticaal oprijzende witte kliffen was mooi. Het strand was maar een paar meter van de stoep verwijderd: er groeiden geelbloeiende planten die ik niet snel kon thuisbrengen, maar ook veel Oost-Indische Kers in felle en heldere kleuren.

20231219_142902 (2)
Kaikōura (NZ): zicht vanaf de boulevard over het strand op de witte kliffen van het Kaikōura Peninsula schiereiland met gele bloemen op het strand

Ik liep langs de Esplanade en vervolgde de weg naar het schiereiland. De zon scheen inmiddels uitbundig en het was aangenaam warm. Ik passeerde krijtwitte scherpe rotsformaties langs de waterkant, die ver de zee in staken, wat het uitzicht indrukwekkend maakte.

20231219_145028 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ):zicht op de uitgestrekte rotsformaties voor de kust aan de oostkant van het schiereiland bij Hotel the Pier

Op een kademuurtje zaten twee meeuwen naast elkaar in het zonnetje als een “romantisch stelletje” en bekeken aandachtig wat er zoal langskwam… Bij het water stond een bord met de aankondiging dat hier van overheidswege een “Rāhui” was ingesteld om de voorheen rijke “mahinga kai“, plaatsen voor het verzamelen van voedsel in Māori, de gelegenheid te geven weer een acceptabel niveau te bereiken. Dit valt ook onder het begrip van “Kaitakaitanga“, goed rentmeesterschap van de aarde, zoals de Māori dat zien.

Een markant gebouw stond een beetje op een afstand van de doorgaande weg: dit is het Hotel The Pier uit 1885: het gebouw had ondanks het moderne uiterlijk ook wel een vintage uitstraling!

20231219_144741 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): zicht op Hotel The Pier aan de oostkant van het schiereiland dat ondanks de moderne uitstraling uit 1885 stamt!

Na al die frisse zeelucht tijdens de excursie en lopend langs de kust was ik best toe aan een lunch: het was al redelijk laat en ik was nog net op tijd om te bestellen! Het werd local food: Malborough Green Shell Mussels en een lekker glaasje Nieuw-Zeelandse Sauvignon blanc – en dat alles met zicht op de zee…!

20231219_150516 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): late lunch bij Hotel The Pier met een lokale mosselspecialiteit – Marlborough Green shell Mussels

De volgende stop was het Fyffe House, het oudste huis in Kaikōura en omgeving! Omdat destijds hout schaars was op het schiereiland bedacht whaler Robert Fyffe in 1844 dat hij zijn huis ook kon bouwen op de wervels van walvissen! Dat huis staat er na 180 jaar nog steeds – en ook nog steeds geschilderd in de originele roze kleur. Het was wel een nogal spartaans onderkomen… Destijds werden walvisvaart en traanhandel gezien als een goede manier van geld verdienen, ook al kijken we daar nu wat minder positief tegenaan… Er was een goed inkomen te verdienen aan de traan dat als eerste klas olie voor lampen werd beschouwd. Het was toch niet een beroep zonder gevaar: Robert Fyffe verdronk in april 1854 tijdens een schipbreuk van zijn schip met walvistraan tijdens een tocht naar Wellington.
De vorige keer had ik het huis niet kunnen bezichtigen: het werd toen opgeknapt en vooral verstevigd na de aardbeving van 2016. Nu kon ik eromheen lopen – voor bezichtiging was ik te vroeg…

20231219_153532 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): zicht op het whalers huis Fyffe House uit 1844 – nu een museum – dat nog steeds de oorspronkelijke roze kleur heeft

In de tuin groeiden velerlei planten: het was een mooie en kleurrijke “boerentuin”. Niet alleen waren bij de bouw van het huis de wervels van de walvissen gebruikt: de langere walvisbotten vonden ook emplooi als palen om poorten en hekwerken aan te bevestigen!

Bij het Fyffe House is ook ruimte voor Māori-cultuur: op het grasveld rechts van het huis staat een Māori-sculptuur in de vorm van een vogel: de Pou Tangaroa, een totempaal gewijd aan de god van de zee. Op een paneel staat een uitleg over het belang van deze plek voor de Māori en over de met paarlemoer ingelegde voorstelling op deze Pou. Onderop is Tohora weergegeven: de mythische echte walvis die de legendarische Māori Paikea op zee gered en naar Aotearoa, Nieuw-Zeeland, heeft gebracht. Daarboven is een ei van een Moa weergegeven: deze nu uitgestorven megagrote oervogel die niet kon vliegen was wat voedsel betrof van belang voor de Māori. Er was ook een Moa-ei begraven dat in 1857 bij graafwerkzaamheden voor de uitbreiding van de keuken van Fyffe House werd gevonden! De vogel staat op de Pou boven het ei afgebeeld. Helemaal bovenaan staat een gestileerde afbeelding van een mens als symbool voor de Māori-stammen die hier geleefd hebben.

Vlakbij het Fyffe House is een oude haven uit de begintijd van de Europese aanwezigheid. Rond de vorige eeuwwisseling was het hier zo druk dat een nieuwe haven werd gebouwd, meer aan de westkant van het schiereiland – waar nu de catamarans van de Whale Watch Kaikōura liggen. De haven hier werd de commerciële vissershaven. Daarvan is nu niet veel meer te zien, behalve een aanlegsteiger en wat roestige staven van een trailerhelling…

20231219_154336 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): uitzicht vanaf Fyffe House op de oude haven uit het begin van de 20e eeuw en de rotsige kust van het schiereiland

Op een informatiepaneel staat een collage van oude foto’s die wel een goed beeld geeft van de toenmalige bedrijvigheid: afgemeerde schepen, mensen en paarden voor wagens. Daaronder ook de dagelijkse visvangst!

20231219_154853 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): op een informatiepaneel staan oude foto’s (1900–1913) van de activiteiten in de toenmalige (vissers)haven

Nu was het hier stil wat commerciële activiteiten betrof… De natuur had het terrein weer teruggewonnen.

20231219_154909 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): uitzicht op de zee met een op de rotsen brekende golf vanaf de oude haven bij het Fyffe House

Ik had wel een mooi zicht over de rotsen met de oude trailerhelling op de hoge helling van het schiereiland – een plek waar ik vervolgens heen zou gaan.

20231219_155421 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): zicht over de afgevlakte rotsen bij de oude haven met de heuvels van het schiereiland op de achtergrond

De beschutte baai onder aan de heuvels, Armers Beach, werd destijds door zeelieden gebruikt als veilige ankerplaats tijdens stormen en voor reparaties. Deze plek is vernoemd naar visserman Jimmy Harmers die hier woonde in een nogal opvallende “bedoening”: een verzameling van huisjes en schuurtjes, aan de zeezijde omgeven door een afrastering van walvisribben en een scheepsbaken op een hoge paal… Op het informatiebord staat een foto hiervan!

20231219_160227 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): op een informatiepaneel bij de diepe baai Armers Beach staat een oude foto met een huis met een afrastering van walvisbotten

E stond een wegwijzer langs de doorgaande weg naar een wandelpad naar Ward Street, boven op de heuvel. Dit was ook de vluchtroute in geval van een Tsunami… Ik ging via de verharde Fountain Road de helling op. In een bocht was er de mogelijkheid om via een graspad door de open velden naar de top van de heuvel te gaan. Daar was een prachtig uitzicht over de gerafelde kustlijn, die ik ook tevoren van dichtbij had kunnen zien. Ik bereikte weer een woonwijk, waar de huizen ook dat mooie uitzicht hadden. Op de open vlakte stond een groot bord van een projectontwikkelaar die zijn oog had laten vallen op deze locatie. Op het bord was te lezen: “simply stunning“… – geen wonder! Op ruime percelen kunnen 7 huizen gebouwd worden. Twee waren er al verkocht.

20231219_161747 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): uitzicht over de zee en de rotsige kust vanaf de hoge klif boven South Bay aan de westzijde van het schiereiland

Via de Ward Street liep ik verder naar een rustige verharde weg, de Scarborough Street, die door het groene achterland van het schiereiland terugleidde naar Kaikōura. Vanaf verschillende uitzichtpunten waren de vergezichten over de stad en de achterliggende bergen erg mooi!

20231219_163209 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): uitzicht over Kaikoura, de baai en de bergen van de Kaikōura Range vanaf de heuvel bij Scarborough Street

De bergen van de Kaikōura Range rezen hoog op, maar waren toch niet goed te zien door het vage mistigheid die er nog steeds ing. Toch was het een sfeervol plaatje!

20231219_163727 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): het uitzicht op de bergen van de Kaikōura Range vanaf de heuvel bij Scarborough Street is wat gevoileerd

Ook langs de Scarborough Street zijn sporen van Māori-verleden te zien: het verdedigingswerk Ngā Niho pā. Men neemt aan dat het in de 1820-er jaren is aangelegd, toen het volk van de Ngāti Toa, aangevoerd door Te Rauparaha, ten strijde trok tegen de stam Ngāi Tahu. Het grondgebied van de Māoristam Ngāi Tahu kwam in de periode vanaf 1825 tot ver in de 1830-er jaren ernstig in gevaar door de komst van de kleinere stam van de Ngāti Toa, waarvan de leden uit hun thuisland op het Noordereiland waren verjaagd. Onder aanvoering van de moedige leider Te Rauparaha bewapenden de stamleden zich met musketgeweren en voerden oorlog met stammen in het zuiden van het Noordereiland. Later raakten ze op het Zuidereiland ook in conflict met de Ngāi Tahu stam. De eerste confrontaties vonden plaats in Kaikōura van 1827 tot 1829. In de overlevering wordt verteld dat een afgesplitste stam van de Ngāi Tahu dachten dat de kano’s van de Ngāti Toa hun vrienden brachten, maar in werkelijkheid waren het met musketgeweren gewapende strijders die iedereen die niet op tijd de heuvels kon bereiken, doodden…. In de daaropvolgende jaren kwam het tot meerdere provocaties over en weer, met vele doden tot gevolg. Het werd pas rustig rond 1838, toen beide partijen inzagen dat vechten geen zinvolle optie meer was. Er werd vrede gesloten, die nog bekrachtigd werd door huwelijken tussen leden van beide stammen.
Het verdedigingswerk van de Ngāi Tahu heeft hoge aarden wallen en lijkt gebouwd te zijn om aanvallen met musketgeweren te kunnen weerstaan. De ligging boven op de heuvels van het Kaikōura Peninsula schiereiland is ideaal om vijandige kano’s te spotten zodra ze langs de kust binnenvaren.

20231219_164904 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): zicht op de pā, het verdedigingswerk van het Māori-volk Ngā Niho, met de hoge aarden wallen en uitzicht over de Baai van Kaikōura in de verte

Niet veel later had ik de gelegenheid om via een smal voetpad terug te keren naar Kaikoura – en de auto. Dit voetpad was opgedragen aan Thomas Brent Smith, een 38-jarige inwoner van Kaikōura die in juni 2003 op tragische wijze de dood vond, toen hij probeerde om een walvis te redden uit visnetten. Hij kreeg tijdens het lossnijden van de lijnen een fatale klap van de staart… Zijn lichaam is niet teruggevonden… Het voetpad leidde door dichte begroeiing van inheemse bomen en struiken terug naar de Esplanade. Daar stond een gedenksteen voor Thomas: een zwart marmeren plaquette op een mooi witte ruwstenen zuil. Dat paste wel bij de strakke rijen van de Norfolk Pine (Araucaria heterophylla) die langs de boulevard stonden…

20231219_165654 (2)
Op het Kaikōura Peninsula (NZ): informatiebord aan het begin van het wandelpad, opgedragen aan Thomas Brent Smith (1965–2003), die in juni 2003 de dood vond tijdens een poging om een in visnetten verstrikte walvis te redden

Na deze drukke dag met vele schitterende indrukken was het tijd om terug te gaan naar mijn B&B, waar ik heerlijk op het terras heb gezeten – de kippen lieten zich niet meer zien, maar de honden van de eigenaar wel. Dat maakte de dag compleet!

20231219_192418 (2)
Kaikōura (NZ): zicht vanaf het terras van de B&B Awatea over de tuin op de bergen van de Kaikōura Range