Etappes B1-B40 van de Gele Route: van Triëst-Muggia – Italië naar Oberstdorf – Zuid-Duitsland:

Hieronder volgt mijn vertaling van de tekst zoals deze op de oude website van de Via Alpina 2002 heeft gestaan.

Verklaring van de tekens*) bij de zwaarte van de etappe:
I Wandelweg (breed zonder open stukken)
II Bergweg (deels smal en onbeschermd)
III Alpiene weg (met kabels gezekerd of bijzonder onbeschermd liggend, grof mengsel van sneeuw en ijs, zeer grof bergpuin)

*) In de oude website van de Via Alpina zijn de tekens één, twee resp. drie “bergschoenen” – deze zijn hier vervangen door Romeinse cijfers.


Etappe B1: Muggia (Trieste)–Rifugio Premuda

zwaarte: II wandeltijd: 4h00 afstand: 8,5 km hoogteverschil: ↑ 99m ↓ 28m

De Route start op de Piazza Marconi in Muggia, gaat dan bergop door het dorp Santa Barbara; zij gaat dan op deze eerste etappe in de richting van Rabuiese en het bos van Vignano en vervolgens bergop door het dal van de Rio Ospo. Opnieuw stijgend loopt zij naar Caresana en San Dorligo della Valle om bij de Premada Hut aan te komen.

Etappe R1 van de Rode Route begint ook in Muggia.
N.B. Etappe 1 van de Via Alpina 2024 start ook in Muggia.
Lees a.u.b. de blogs over Triëst en omgeving van 7 mei 2018, 10 mei 2018, 27 april 2019, 28 april 2019 en 1 mei 2019, en ook de blogs over Muggia, de omgeving en deze etappe van 8 mei 2018 en 11 mei 2018.


Etappe B2: Rifugio Premuda–Villa Opicina (Sella di Opicina)/Opčine

zwaarte: I wandeltijd: 3h40 afstand: 13 km hoogteverschil: ↑ 275m ↓ 74m

Vanaf de Premuda Hut volgt men het Rosandra dal en klimt weer omhoog naar de M. Stena. Men passeert de botanische oase van het bos van Bazzoni en loopt langs de golfclub van Padriciano. Bij de M. Spaccato komt men op de nationale autoweg SS. 202 en gaat omhoog tot aan de haarspeldbocht van de M. Calvo, het begin van een rij van uitkijktorens. Vanaf de Alice toren gaat men zonder hoogteverschil tot aan de Obelisk in Villa Opicina.

Het beginpunt van deze Etappe was ook het beginpunt van Etappe R2 van de Rode Route.
N.B. Etappe 2 van de Via Alpina 2024 start ook in Rifugio Premuda.
Lees a.u.b. het blog over deze etappe van 12 mei 2018.


Etappe B3: Villa Opicina (Sella di Opicina)/Opčine–Sistiana/Sesljan

zwaarte: II wandeltijd: 6h40 afstand: 22,5 km hoogteverschil: ↑ 8m ↓ 204m

Vanaf de Obelisk leidt de “Cobolli weg” tot aan het oude plaatsje Prosecco en kruist de Weg nr. 9 die naar het Kasteel Miramare gaat. In de richting van Santa Croce del Carso komt men langs de toren van Liburnia en volgt de “Sentiero della salvia” (de Salieweg) tot aan de uitkijktoren Tiziana Weiss. Men volgt de nationale weg SS. 14 (Friuli-Venezia-Giulia) verder naar Sistiana.

Lees a.u.b. over deze etappe ook de blogs van 13 mei 2018, 15 mei 2018 en 30 april 2019.


Etappe B4: Sistiana /Sesljan–Gorizia

zwaarte: I wandeltijd: 7h10 afstand: 33,7 km hoogteverschil: ↑ 224m ↓ 308m

Vanuit Sistiana gaat men naar Duino, loopt het dorp Dan Giovanni in Tuba door en klimt dan omhoog naar Medeazza. Vanaf Jamiano gaat de tocht verder naar Doberdò del Lago. Men klimt naar San Marino del Carso en daalt dan weer af naar Gabria. Men kan daar een bus naar Gorizia (Görz) nemen.

Lees a.u.b. het blog over (een deel van deze) etappe van 30 april 2019 en over Gorizia en omgeving ook de blogs van 16 mei 2018, 18 mei 2018 en 3 mei 2019.


Etappe B5: Gorizia–Castelmonte/Stara Gora

zwaarte: II wandeltijd: 7h30 afstand: 15,5 km hoogteverschil: ↑ 669m ↓ 201m

Langs de natte gebieden van Preval loopt men door Mossa en Capriva del Friuli en bereikt Cormòns, de stad van de zogenaamde Vredeswijn (“Vino della Pace”). Nadat men het plaatsje Brazzano doorgelopen is, komt men in Albana met zijn karakteristieke kasteel. Door kastanjeboomgaarden en uitgestrekte weiden bereikt men de Abdij van Castelmonte.

Lees a.u.b. het blog over het eerste gedeelte van deze etappe van 17 mei 2018.


Etappe B6: Castelmonte/Stara Gora–Rifugio Casoni Solarie

zwaarte: I wandeltijd: 5h30 afstand: 19,5 km hoogteverschil: ↑ 461m ↓ 94m

In Castelmonte begint de “Alta Via delle Valli del Natisone” (de hoge route door de dalen van de Natisone) die over de lange bergkam aan de rechteroever van de Judrio rivier loopt. De weg leidt langs diverse kenmerkende kerken en dorpen. Bij de met vestingwerken voorziene berg van Cum en de Kerk van de Heilige Wolfgang eindigt deze etappe bij de Casoni Solarie Hut.


Etappe B7: Rifugio Casoni Solarie–Rifugio G. Pelizzo

zwaarte: II wandeltijd: 5h20 afstand: 16,5 km hoogteverschil: ↑ 658m ↓ 325m

Deze etappe loopt over de zuidflank van de M. Colovrat, naar beneden naar Topolò, over de Pas van Topolò en door bossen en over weiden, over de “strada di Rommel” tot aan de M. Matajur. De Pelizzo Hut is dan vlakbij.


Etappe B8: Rifugio G. Pelizzo–Montemaggiore

zwaarte: I wandeltijd: 7h00 afstand: 22,6 km hoogteverschil: ↑ 262m ↓ 915m

Vanaf de top van de M. Matajur daalt men naar het dal af, steekt de rivier Natisone over en gaat verder bergop in de richting van Montefosca. Na een lange tocht bereikt men het eindpunt van deze etappe, Montemaggiore.


Etappe B9: Montemaggiore–Passo di Tanamea

zwaarte: II wandeltijd: 4h30 afstand: 15 km hoogteverschil: ↑ 471m ↓ 470m

Vanaf het dorp Montemaggiore gaat een bergpad met prachtig uitzicht naar de top van de Montemaggiore. Over een uitdagende, met gras begroeide bergkam daalt men over weiden en een vervallen productiebos af naar de Tanamea Pas. Het onderkomen bevindt zich in Pian dei Ciclamini (Lusevera), 4 km naar het westen over de weg.


Etappe B10: Passo di Tanamea–Resiutta

zwaarte: II wandeltijd: 13h15 afstand: 49 km hoogteverschil: ↑ 1.403m ↓ 1.996m

Men loopt over Weg nr. 727 bergop naar de Zaiavor Pas en de Carnizza Pas. Vervolgens gaat men over Weg nr. 731 over de bergrug, door het Uccea dal. Vlak bij de M. Guarda kiest men de afslag van Weg nr. 741 naar de Coot Alm. Weg nr. 731 leidt naar Coritis en over de verharde weg naar Stolvizza. Vandaar neemt men Weg nr. 643 naar de Lom Alm, komt op Weg nr. 632 tot aan de Curnis Pas en dan Weg nr. 631 naar Resiutta.


Etappe B11: Resiutta–Rifugio Grauzaria

zwaarte: II wandeltijd: 9h20 afstand: 28,5 km hoogteverschil: ↑ 3.373m ↓ 2.440m

Aanvankelijk gaat men bergaf naar Moggio Udinese. Na Moggessa klimt men het dal van de Glagnò beek op tot aan de Nurviernulis Pas. Dan volgt de afdaling naar de Foran da la Gjaline. Daar vlakbij is de Grauzaria Hut.


Etappe B12: Rifugio Grauzaria–Tolmezzo

zwaarte: II wandeltijd: 6h30 afstand: 14,5 km hoogteverschil: ↑ 187m ↓ 1.244m

Is men weer op de Foran da la Gialine, de bergpas tussen Monte Sernio en de bergkam van de Mezzodi aangekomen, bereikt men de Monte Sernio Hut. Dan volgt men een tijdje de “Carnia Trekking” route, loopt door het plaatsje Illegio en bereikt via de verharde weg Tolmezzo.


Etappe B13: Tolmezzo–Ovaro

zwaarte: I wandeltijd: 14h10 afstand: 38 km hoogteverschil: ↑ 1.316m ↓ 1.050m

Vanaf Tolmezzo loopt de weg door de dorpen Casanova, Cassaso, Sezza en de parochie San Pietro di Carnia en volgt de “Sentiero della Fede” (het Pad van het Geloof) tot aan Fielis. Dan klimt men in westelijke richting naar Arta Terme, en daalt dan weer af naar Ovaro.


Etappe B14: Ovaro–Sauris di Sotto

zwaarte: I wandeltijd: 6h15 afstand: 22 km hoogteverschil: ↑ 1.295m ↓ 395m

Vanuit Ovaro klimt men langs het plaatsje Mione naar de Forcella Pas en bereikt de Losa Alm Hut. Men vervolgt de weg over de Gerona Alm en de Pieltinis Alm. De etappe eindigt met de afdaling naar Sauris di Sotto.


Etappe B15: Sauris di Sotto–Forni di Sopra

zwaarte: I wandeltijd: 7h afstand: 23 km hoogteverschil: ↑ 332m ↓ 705m

Vanuit Sauris di Sotto loopt men naar de Pieltnis Alm Hut, steekt de Rioda Pas over en bereikt de Razzo Alm. Na de Croce di Tragonia Pas daalt men af naar de Tragonia Alm en naar Forni di Sopra.


Etappe B16: Forni di Sopra–Rifugio Pordenone

zwaarte: II wandeltijd: 6h30 afstand: 14 km hoogteverschil: ↑ 1.599m ↓ 1.244m

Eerst loopt men op de rechteroever van de rivier de Tagliamento, en dan het Suola dal in. Daar betreedt men het Natuurpark van de Friaulische Dolomieten. Over de Mus Pas gaat men door het Guerra dal, het Postega- en het Meluzzo dal en bereikt zo de Pordenone Hut.


Etappe B17: Refugio Pordenone–Rifugio Padova

zwaarte: III wandeltijd: 4h50 afstand: 8 km hoogteverschil: ↑ 1.165m ↓ 1.127m

De weg loopt langs de voet van de “Campanile” (klokkentoren) het Montanaia dal in, en dan bergop naar de Montanaia Pas. Men moet afdalen langs een moeilijke weg naar Cadin d’Arade tot aan het begin van het Pra di Toro dal, waar de Padova Hut gelegen is.


Etappe B18: Rifugio Padova–Rifugio P. Galassi

zwaarte: I wandeltijd: 7h00 afstand: 21,3 km hoogteverschil: ↑ 1.892m ↓ 1.162m

Vanuit de Padova Hut leidt een verharde weg het dal in, men gaat steeds verder bergaf totdat de weg de rivier de Piave oversteekt. Met de daar opvolgende klim naar het Oten dal komt men in het hart van de Cadore. De etappe eindigt bij de Galassi Hut onder de overweldigende hellingen van de Antelao.


Etappe B19: Rifugio P. Galassi–Città di Fiume

zwaarte: II wandeltijd: 6h40 afstand: 17,3 km hoogteverschil: ↑ 2.250m ↓ 2.351m

Vanaf de Galassi Hut daalt men langs de historische San Marco Hut af het Boite dal in tot aan San Vito di Cadore, op enkele kilometers afstand van Cortina d’Ampezzo. Aan de tegenoverliggende berghelling leidt de klim naar de Città di Fiume Hut, die door de imposante noordwand van de M. Pelmo wordt overschaduwd.


Etappe B20: Rifugio Città di Fiume–Pieve di Livallongo

zwaarte: II wandeltijd: 8h00 afstand: 22,2 km hoogteverschil: ↑ 309m ↓ 786m

Een relatief lange etappe, die voornamelijk bergaf gaat. Bij het passeren van de Giau Pas komt de route langs de belangwekkende vindplaats van het graf van de Man van Mondeval uit de middensteentijd. Het vervolg van de afdaling naar Pieve di Livinallongo levert een prachtig uitzicht op de Marmolada.


Etappe B21: Pieve–Passo di Pordoi

zwaarte: I wandeltijd: 5h30 afstand: 22,2 km hoogteverschil: ↑ 4.126m ↓ 3.356m

Op deze etappe bereikt men de Pordoi Pas aan de grens met Trentino-Alto Adige (Vinschgau). Op de gehele route vindt men talrijke overblijfselen uit de Eerste Wereldoorlog. Men heeft schitterende vergezichten op de Dolomieten, van de Monte Permo tot aan het Sella Massief.


Etappe B22: Passo di Pordoi–Rifugio Contrin

zwaarte: II wandeltijd: 7h10 afstand: 12,6 km hoogteverschil: ↑ 1.867m ↓ 2.091m

De weg kronkelt voor een deel door een bergmassief van vulkanische oorsprong in het hart van de Dolomieten en volgt de historische handelsweg naar Venetië. De afdaling naar Penia en de klim naar de Contrin Hut bieden de gelegenheid om de Ladinische geschiedenis en cultuur te leren kennen. Gelet op de geringe hoogteverschillen over de gehele lengte, is de etappe weliswaar lang, maar niet moeilijk.

Etappe B23: Rifugio Contrin–Fontanazzo

zwaarte: II wandeltijd: 6h10 afstand: 13,6 km hoogteverschil: ↑ 1.655m ↓ 2.275m

Een lange etappe staat op het programma: zij voert door het hart van de Trentiner Dolomieten en door talrijke trogdalen van het Marmolatamassief.


Etappe B24: Fontanazzo–Rifugio Antermoia

zwaarte: II wandeltijd: 3h50 afstand: 8,4 km hoogteverschil: ↑ 880m ↓ 0m

Vanaf Fontanazzo klimt men naar de kern van het Rosengartenmassief, eerst door het eenzame Dona dal (waar ook de gelijknamige Hut staat) en dan in een schraal rotslandschap langs de basis van het stenige Dolomietenmassief, waardoor een lange, maar gemakkelijke weg naar de Antermoia Hut leidt.


Etappe B25: Rifugio Antermoia–Schlernhaus/Rifugio Bolzano

zwaarte: III wandeltijd: 3h25 afstand: 11,3 km hoogteverschil: ↑ 961m ↓ 998m

Men laat nu de sappig-groene hellingen van het Fassa dal achter zich en gaat de kern van het Dolomietenmassief in met zijn talrijke rotspunten en adembenemende uitzichten. Men gaat de Grasleiten Pas en de Molignon Pas over en dan verder in noordelijke richting over een met kabels gezekerd pad tot aan het Tierser Alpjoch bij de Rosszähnen. Men loopt vervolgens naar het Schlern Plateau en naar het Schlernhaus.


Etappe B26: Schlernhaus/Rifugio Bolzano–Bozen/Bolzano

zwaarte: I wandeltijd: 4h05 afstand: 24,4 km hoogteverschil: ↑ 543m ↓2.727m

Men verlaat de hoogvlakte van de Schlern in zuidwestelijke richting over Weg nr. 1. Vanaf Sesselschwaige voert de avontuurlijke “Knuppelweg” door de Schlernbach Kloof, die men net zo lang volgt totdat de weg naar de Tschafon Hut, het volgende punt van deze etappe, naar links afbuigt. Vanaf de Tschafon Hut (op 1.733 m) loopt men verder naar Tiers, vanwaar een lijnbus naar Bolzano vertrekt.


Etappe B27: Bozen/Bolzano–Meraner Hütte/Refugio Merano

zwaarte: II wandeltijd: 6h55 afstand: 27,5 km hoogteverschil: ↑ 3,250m ↓ 1.556m

Vanuit Bolzano bereikt men het dorp Jenesien (1.100m) met een kabelbaan. Vanaf Jenesien loopt men de volgende ca. 20 km tot aan het eindpunt van deze etappe, bij Merano 2000 grotendeels over de Europese Langeafstandsroute E5. Deze gaat over de gehele lengte van de Tchögglbergketen. Eetgelegenheden zijn bij de herbergen Edelweiss en Langfenn, evenals bij bergboerderij Möltner Kaser.


Etappe B28: Meraner Hütte/Rifugio Merano–Hochganghaus/Rifugio di Valico

zwaarte: III wandeltijd: 2h45 afstand: 19,6 km hoogteverschil: ↑ 2.886m ↓ 3.007m

Vanaf de Meraner Hut loopt men 4 km naar beneden over een semiverharde weg tot aan het bergstation van de kabelbaan. Vanaf Meran 2000 zweeft de baan door de geologisch belangrijke Naifgraben naar het dalstation. Met bus of taxi laat men zich naar het volgende punt van de etappe vervoeren. Opnieuw brengt een kabelbaan de wandelaar hoog boven Dorf Tirol op de Meraner Höhenweg, die men tot aan het Hochganghaus volgt.


Etappe B29: Hochganghaus/Rifugio di Valico–Jausenstation Patleid

zwaarte: III wandeltijd: 3h50 afstand: 16 km hoogteverschil: ↑ 2.037m ↓ 2.490m

De etappe start bij de Berghut Hochgang midden in het beschermde Natuurpark Texelgruppe. Het traject loopt via de AVS Jugendweg (dit komt overeen met een dagetappe van de Meraner Höhenweg) langs Almen het Zieltal in naar de Nassereit Hut (1.523m). Andere rustpunten op weg naar het eindpunt van deze etappe, het Jausenstation Patleid (1.368m), zijn de herbergen Giggelberg, Hochforch, Grub en Galmein.


Etappe B30: Jausenstation Patleid–Karthaus/Certosa

zwaarte: I wandeltijd: 3h15 afstand: 11 km hoogteverschil: ↑ 2.339m ↓ 2.397m

Vanaf Patleid (1.386m) gaat de Meraner Höhenweg al slingerend en stijgend het Schnal dal in. Steeds weer zijn er authentieke bergboerderijen om bij te pauzeren. Vanaf Hof Unterperfl is het nog 1,5 km totdat het plaatsje Katharinaberg opdoemt. De aan de doorgaande weg liggende herberg Neuratheis bereikt men met een steile afdaling over een oud bergpad. Het eindpunt van deze etappe is het volgende dorp verder in het dal, Karthaus.


Etappe B31: Karthaus/Certosa–Similaun Hütte/Rifugio di Similaun

zwaarte: II wandeltijd: 6h10 afstand: 12,5 km hoogteverschil: ↑ 2.342m ↓ 667m

Vanaf Karthaus loopt men door het dal tot aan Unser Frau in Schnals. Over een steile passage bereikt men via Weg nr. 15 het stuwmeer van Vernagt. Vanuit Vernagt kan men in ca. 4 uur de vindplaats van “Ötzi¨, het Tisenjoch (3.210m) bereiken. De tocht gaat omhoog naar de bergboerderij Tisenhof en in noordelijke richting verder in het Tisen dal; door dit dal klimt men de 1.300 hoogtemeters naar het Niederjoch omhoog.


Etappe B32: Similaun Hütte/Rifugio di Similaun–Vent

zwaarte: II wandeltijd: 3h35 afstand: 14,9 km hoogteverschil: ↑ 23m ↓ 1.125m

Na een korte omweg naar de Hauslabjoch, de vindplaats van “Ötzi, de Man uit het IJs” loopt men langs de Niederjochferner naar beneden. De Martin-Busch Hut nodigt uit tot een pauze, voordat men het dal uitlopend op verdere interessante relicten uit vervlogen tijden stuit, zoals bijvoorbeeld de Holle Steen bij Vent.


Etappe B33: Vent–Zwieselstein

zwaarte: II wandeltijd: 8h10 afstand: 24,6 km hoogteverschil: ↑ 962m ↓ 1.417m

Dit wordt een erg mooie etappe over de Panoramasteig naar de Tiefenbachferner en naar de Gaislachalm. Niet alleen het schitterende uitzicht in het Venterdal en de adembenemende bergcoulisse zijn kenmerkend voor deze etappe, maar ook een ware bloemenzee en talrijke kleine gletsjermeertjes, deels al dichtgeslibd door wat de gletsjers meevoeren, zoals de Petznersee.


Etappe B34: Zwieselstein–Braunzweiger Hütte

zwaarte: II wandeltijd: 6h35 afstand: 20,2 km hoogteverschil: ↑ 1.570m ↓ 277m

Ook nu weer een interessante etappe te midden van bergbossen, bergweiden en gletsjers. Op de bergweiden kan men soms een kudde paarden aantreffen, die daar in de zomermaanden van hun vrijheid genieten. Langs de Rettenbachferner, een gletsjerskigebied in de winter, steekt men de op 2.996 meter gelegen pas, Pitztaler Jöchl, over. Hier moet men geen hoogtevrees hebben en vast ter been zijn!


Etappe B35: Braunzweiger Hütte–Wenns

zwaarte: II wandeltijd: 9h05 afstand: 37 km hoogteverschil: ↑ 352m ↓ 2.098m

Met een indrukwekkende afdaling naast de gletsjertongen van de Mittelbergferner en de razende bergrivier Pitze laat men de wereld van de gletsjers achter zich en bereikt men de Postbus door het Pitz dal op aangename wijze weer de bewoonde wereld.


Etappe B36: Wenns–Zams am Inn

zwaarte: II wandeltijd: 8h50 afstand: 23,5 km hoogteverschil: ↑ 1.514m ↓ 1.751m

Over de Venet neemt men de laatste barrière voor het Inn dal. Op de bergkam aangekomen heeft men een indrukwekkend uitzicht over het kalkmassief van de Lechtaler Alpen, terwijl men bij het achteromkijken de silicaat houdende toppen van de Pitz- en Ötztaler Alpen met hun gletsjers ziet liggen. Met de kabelbaan zweeft men naar beneden naar Zams in het Inn dal.


Etappe B37: Zams am Inn–Memminger Hütte

zwaarte: II wandeltijd: 7h10 afstand: 17,1 km hoogteverschil: ↑ 1.832m ↓ 361m

Dit gedeelte van de Via Alpina is gewoonweg geweldig. Midden door het hart van de Lechtaler Alpen, geen bosbouwwegen, geen auto’s, geen bussen. Alleen maar een smal pad, dat eerst door de indrukwekkende kloof van de Lochbach gaat, later over de alpenweiden en tot slot over de scherpe bergkam van de Seecharte tussen de overweldigende Seeschartenspitze en de Parseierspitze.


Etappe B38: Memminger Hütte–Holzgau

zwaarte: II wandeltijd: 5h15 afstand: 19,9 km hoogteverschil: ↑ 200m ↓ 1.331m

Vanaf de Memminger Hut loopt men nu naar beneden het Lech dal in. Langs het kleine oord Madau, waar welgeteld één inwoner geregistreerd is, gaat men het dal uit tot vlak boven de beek. Over de hangbrug loopt men enige meters boven de dalbodem van het mooie Lech tal, dat sinds juni 2002 door de Europese Unie is aangewezen als Natura 2000 gebied, naar Holzgau.


Etappe B39: Holzgau–Kemptner Hütte

zwaarte: II wandeltijd: 3h350 afstand: 9 km hoogteverschil: ↑ 888m ↓ 149m

Weer steekt men staatsgrenzen over. Men loopt van Holzgau langs de Höhenbach en daarna langs de razende waterval van Simms en steekt bij de Mädelejoch de grens tussen Oostenrijk en Duitsland over.


Etappe B40: Kemptner Hütte–Oberstdorf

zwaarte: II wandeltijd: 3h50 afstand: 15,7 km hoogteverschil: ↑ 53m ↓ 1.063m

De weg vanaf de Kemptner Hütte is in het begin nogal steil. Door het bos voert hij naar beneden totdat men uiteindelijk de bodem van het dal bereikt. Daarna volgt een rustige tocht tot in Oberstdorf.

Het eindpunt van Etappe R50 van de Via Alpina 2002 is ook nu het eindpunt van Etappe 50 in de Via Alpina 2024.